Hoge bergen, schitterende dalen. - Reisverslag uit Twizel, Nieuw Zeeland van vogelsinnz - WaarBenJij.nu Hoge bergen, schitterende dalen. - Reisverslag uit Twizel, Nieuw Zeeland van vogelsinnz - WaarBenJij.nu

Hoge bergen, schitterende dalen.

Door: Wederom Xanthe

Blijf op de hoogte en volg

11 Maart 2016 | Nieuw Zeeland, Twizel

Momma Nature was er goed in veelvuldig te zorgen voor attracties van eigen deeg en eentje hiervan was neergeplant in het bijna kitcherig perfecte berglandschap rond het photoshop-blauwe meer van Wanaka. Jaren terug ontdekte Roy deze attractie, die sinds die dag drager werd van de naam Roy's Peak.
Roy moest een sportief man geweest zijn, in het bezit van dikke kuiten en een strakke kont, want om de Peak te beklimmen, stonden er 4 zweterige klim-uren op het programma. Het pad was makkelijk, een melange van grasgrond en rotsen, redelijk stijl en vooral eindeloos lang.
Mijn wandeltempo transformeerde merkwaardig snel naar slentermodus waardoor het doel uitzichtloos ver weg bleef liggen. De 4 seizoenen leken tijd te vinden allemaal tegelijk te passeren, met een verbetering van het 'trui-aan-trui-uit-record' tot gevolg.
Na 3u leek de Peak nog altijd even ver buiten bereik en zat de goesting om een middelvinger op te steken en rechtsomkeer te maken er dik in. Maar net op tijd dook er een klein zijpad op naar een andere Peak. Het was misschien niet de Peak van roy, maar wel Peak 'goed-genoeg-voor-xanthe' en het uitzicht was fenomenaal. Fenomenaal genoeg om daar de klim te beëindig en terug te draaien. Arnes eindeloze sportiviteit en tegenzin om op te geven gaven hem nog de 'goesting' om verder te stijgen tussen de grijze wolkenmassa die zich rond de Peak begon te verzamelen dus begon ik alvast alleen aan de afdaling.
Zo snel mogelijk beneden geraken, was mijn moto en dat kon onmogelijk worden waargemaakt in de voorzichtige minipasjes die de terugkerende toeristentroep me voordeed. Joggen was de boodschap. Aangenaam? Zeker niet. Snel beneden? Ook niet. Maar in ieder geval sneller dan de aan de kant schuivende ingehaalde mededagtrippers die om beurt een microscopische hartattack kregen bij het zien van m'n paars aangelopen gelaat, voorafgaand van waarschuwend gehijg.
Beneden kreeg ik het flauwe vermoeden dat dit nog wel eens een slecht plan geweest kon zijn. En de twee daarop volgende dagen werd dit ook fysiek zeer duidelijk. Ik was letterlijk zo stijf als een hark. Ook precies genomen door een hark.. Zo onnatuurlijk zag het pijnlijk schuifelen eruit, afgewerkt met een onvrolijke grimas.

Maar Wanaka maakte veel draaglijk. Het stadje had een waaier van aangenaamheden zo bleek.
Een hand vol leuke bars en restos liet onze portefeuille wederom op crash dieet gaan, het mountainbikeparcours in Albert Town was perfect qua moeilijkheidsgraad en liet onze wielen af en toe behoorlijk verschietachtig al het contact met de grond verliezen, de Rob Roy (dezelfde tightass Roy?) Glacier Track zorgde voor waanzinnige taferelen waarin de gletsjer in 100 kleine watervallen stiekem bezig was te verdwijnen en ons na afloop reden gaf weer eens op resto te gaan 'omdat het toch wel wat laat was om nog te koken'.
Wanaka kreeg een sterretje op de te do lijst, die ik later met het grootste plezier uit de doeken zou doen aan eender wie zich los zou wrikken uit de maatschappijwens, om een paar maanden in dit prachtland te komen verdwalen.

Op een vrijdag aankomen in Queenstown had zo zijn weekendgevolgen. Een serieus bouquet werd savonds buitengezet, wat na twee maanden behoorlijk sappige vruchten afwierp. Wat niet onopgemerkt kon passeren was het feit en besef, bar in bar uit, dat we geen 20 meer waren. Al die uitspraken over ouder worden wapperde ik voordien vrolijk weg, maar op deze vrijdag avond was er geen ontkomen aan. We waren oud. Leken zelfs ouder dan we waren, voor anderen. En we leken nog zo jong voor onze leeftijd, dacht ik altijd.
Als ongegeneerde 35jarigen lieten we aan de zijlijn van het feestgedruis onze dansebenen hun werk doen, maar de jonge zwalpende garde hield het leeftijdsverschil-gevoel in stand.
Rijden naar een camping werd na afloop geschrapt uit de mogelijkheden, waardoor we ons verstopten in onze eigen wagen achter opgeblazen matjes en opgehangen kledingstukken, om zo 1/4 dozijn uren de ogen te sluiten.
Zaterdag katerdag, zeker na zo'n lange periode van onthouding (en de ouderdom misschien) leken we er allemaal niet meer goed tegen te kunnen en strompelden we doelloos door de lawaaierig levendige stad.
Met weinig fut beraamden we toch een nieuw plan, dat volledig uit de richting ergens achter Wanaka begon: de Gillespie Track.

Ons reeds gemeld door de dame achter het DOC infobureautje zou de track niet de gemakkelijkste zijn, maar konden we met wat chance de laatste dag voor een 'spotprijsje' wel een onopgevulde plek in een helikopter of vliegtuigje voor 4personen bemachtigen.
Hier veel te hard op rekenend begonnen we aan de track die zich al snel aan zijn woord hield qua 'niet de gemakkelijkste'.
Omhoog klimmen langs touwen, ontdoen van schoenen om voorzichtig schuifelend ijskoude smeltwaterrivieren te trotseren, schrijden door heuphoge grassen, nat van de ijskoude douw, kamperen in bossen en snachts bijna doodvriezen, stijgen en dalen in zo'n snel tempo in de ook hier aanwezige natuurattractie, overnachten in een trekkershut en daar bijna uitgesmoord worden door de slecht trekkende kachel die kleinschalige pogingen deed de ruimte te vullen met warmte, de Gillespie Pass oversteken op 9u tijd en uiteindelijk op dag 4 ontdekken dat er geen duidelijkheid bestond omtrent de beschikbare plaatsen op een vliegvoertuig.
Zoiets kan u zich voorstellen bij de Gillespie Track.
Ik dacht dat het terugvliegen voor 'een spotprijs' een alombekende optie was, maar toen ik over onze plannen sprak bij de laatste hut op dag 3, vlogen de vraagtekens samen met een stevige portie nieuwsgierigheid en interesse bij de andere trekkers de gezonde lucht in.
'Om 8.30u heb ik meer nieuws over het aantal plaatsen', liet de ranger me geïrriteerd weten nadat ik hem meermaals duidelijk probeerde maken hoe gráág wij toch wel die plekken wilde.
Om 7.10u zat ik te verkleumen voor zijn deur, denkend zo de grootste kans te maken op een bevredigend einde van de track.
Al snel staken de andere trampers hun hoofden uit tenten en bunkrooms, klaar voor de strijd der terugvluchtplek.
Nog nooit maakte ik zo'n onduidelijke uitleg mee over hoe het nu zat met die verdomde plaatsen, waardoor tegen 100 per uur inpakken en naar de landingsplek crossen het beste plan leek. De weerzin in de 8u stappen was zo groot dat Arne zelfs niet eerst zijn veters mocht knopen.
En het Nordic Walken bleek niet het minst overdreven, want ze stonden al klaar, de vuile na-apers!
En er bleek nog maar 1 plek te zijn in de helikopter, dus het was kwestie van om ter snelst de klauwen in die plek te zetten.
Ik had geluk. Ook die dag was Arne bereid de taak van uberman op zich te nemen en propte me met rugzak en al in de gammele cabine die met propelleraandrijving waggelend de vallei verliet. Alles gebeurde in zo'n snelheidsflits dat we vergaten van rugzak te wisselen, zodat Arne mijn toch wel weer iets lichter exemplaar kon terugsleuren naar het eindpunt.
Schuldgevoel op maximumtemperatuur, want niet persé ikzelf maar wel hij wilde al zo lang een helikoptervluch afvinken, en nu zat ik daar, om de 2minuten een bijna-doodservaringen te beleven met een maaginhoud die zeer enthousiast salto's lag te maken door het heen en weer zwalpen van het helikoptertje, waarin ik in constante ademnood terecht kwam door de rugzakmassa die mijn gezicht verpletterend tegen het miniraampje drukte.
Ik kreeg zelfs geen koptelefoon met microfoontje, zoals in de films.
13 minuten later stond ik zo misselijk als een garnaal te betalen bij de helikoptermaatschappij en kon het 8u lang lezen en koffiedrinken in het akelig ongezellige busstopwegrestaurant beginnen.
Ondertussen deed Arne nog een poging op een 4-mans vliegtuig te springen, maar omdat bij meerdaagse trektochten dikke rugzakken horen viel ook deze laatste poging om te vliegen in het water. Letterlijk, zo bleek, want de 8u durende tocht was voorzien van 7 verschillende punten waar de rivier moest worden doorkruist met water tot heuphoogte reikend.
Het bleek, op een verschrompelde balzak na nog een prachtige tocht geweest te zijn uit de verhalen, die ik aandachtig, stijf van de koffie beluisterde met een minuscuul klein tikje spijt. Minuscuul.

Milford Sound. Dé natuurattractie van het Nieuw Zeelandse Zuideiland. WTC-torenhoge fjords rezen in een door hen zeer bebouwde kom op aan de rand van de Tazman Sea. Hallucinante postkaartviews werden versterkt door de toppen van de bergen die verzopen in wolkenpakketten, die als verse popcorn op een traag maar gestaag tempo in de lucht rondzweefden.
Het jammere aan dit soort bezienswaardigheden is dat menig mens zich aangesproken voelt om de opslagruimte van zijn SD kaart te komen volrammen en we weten allemaal wel type mensenschepsel hierin het beste is... Bussen die in bendes de ene weg naar de Milford Sounds bevuilden zaten voor 68% volgestouwen met spleetogen die op een behoorlijk irritante manier hun aanwezigheid in massavorm bij elke busstop lieten tellen en ook hier hun onvermoeibare wedstrijd hielden. U kent die wedstrijd wel, waar Chinezen in de meest idiote onauthentieke poses, non smiling de drukknop van hun fototoestellen probeert te vermorzelen.
Ze walsten tegen toptempo alle bezienswaardigheden plat, op de hielen gevolgd door de andere 32% van de touristjes: de Duitsers.
De melange van de twee weerzinwekkende talenklanken en het te hoog percentage der aanwezigheid van dit type aardbewoners liet onze strakke planning inkrimpen en stretchen de dagen erna.
2 dagen kort speelden we met onze eigen huurwagen micro-touristbus en namen we als kers op de taart een bizar dure cruise tussen de fjorden van Milford. Zeehonden lachten ons uit vanop hun rotsen waar ze gezellig dik heen en weer lagen te rollen en poseren.

De weg van de bergen terug naar een lager heuvelig deel van het eiland werd weer langs beide kanten voorzien door de pracht en praal die hier onuitputtelijk variabel aanwezig bleef, en bracht ons naar the Catlins, een uitgestrekt deel langs de kust waar een en ander zeedier de zoo zonder tralies en inkomkaartjes bevolkte.
We leerden al snel dat een zeeleeuw een behoorlijk groot gevaarte met een serieuze lijfgeur betrof, dat u geen cruise moest nemen om pinguïns op hilarische wijze te zien rondhoppen op de rotsstenen binnen handbereik en dat Curio Bay dé plek bij uitstek was waar Hector Dolfins op 3meter van de kustlijn onaangeleerd kunstjes in en boven het water vertoonden.
Een informatief houten paneel liet ons weten dat u pech of geluk kon hebben wat betrof de Antarctische wind die voor een snijdende koude kon zorgen met wegblaasgevaar. Dit was namelijk het dichtste punt om bij Antarctica te komen, zonder op Antarctica zelf te staan.
Wij bleken pech te hebben.

Meer uren dan op het Noordeiland verstreken wortelschietend op de wagenstoelen, maar niks was minder vervelend. De uiteenlopendheid aan landschapsopvulling bleef onmogelijk vervelend prachtige taferelen tevoorschijn toveren die gingen van uitgestrekte zanderige heuvelige zeezijkantbegroeing naar Boliviaanse berglandschappen die prachtige imitaties van andere planeten neerzetten naast de kant van de weg. Een zeer bevredigende bedoeling om naar te kijken en te vergeten dat er liters naft opgeslurpt werden die het gratis natuurspectakel toch voorzagen van een pittig prijskaartje.
Wat nog pittig was, was het plan om toch maar eens voor een rosse coupe te gaan. Arne wees me erop het product zéker lang genoeg te laten trekken om een tweede mislukte poging te ontlopen. (De eeuwige puber diep vanbinnen had een tijd geleden een uitwas-roskleurpoging ondernomen maar waste te felle smurrie er na 12minuten reeds angstig uit. Te vroeg dus.)
'We zijn toch op reis, tegen dat we thuis zijn is het er wel uit', 'ja maar het is wel een doos waar 'PERMANENT' op staat..', 'och, dat maakt toch niet uit. Er lang genoeg oplaten he!'.
Waarom ik godsnaam voor haarkleurtips naar m'n mannelijk lief luisterde dat zelf donkerbruin-blond-grijsgespikkeld-kalend was weet niemand. Het resultaat was dan ook om van te blijten.
Welgeteld 3 dagen liep ik rond als een brandend onnatuurlijk roodrosse voenk, als het ware klaar voor een performance-act bij het circus, oogverblindend, in de negatieve opvatting van het woord.
Of het donkerbruin met paarse schijn, in de zon donker ros, een stap in de betere richting was laat ik in het midden, maar moest Gert nog op zoek zijn geweest naar een nieuwe K3band had ik waarschijnlijk wél kunnen scoren voor de 3 rollen tegelijk.

Dat ter zijde slopen de dagen stiekem veel te snel voorbij en hadden we plots niet meer dan 10 dagen te leven op Nieuw Zeelandse bodem. De tristesse om dit nieuws werd weggeblazen door een serieuze portie wind en het uiterst opvrolijkende nieuws dat onze vriend Gaai bezig was zijn ticket binnen te halen om deel uit te maken van een samensmeltingsmoment in Indonesië. Prachtig.

Maar zoals reeds gemeld rest ons hier niet al te veel tijd, tijd die absoluut niet gesleten hoort te worden op een barkruk in een koffiebar, waar de nood aan cafeïne en wifi tezamen gevoed werden en stilaan bezig waren deel uit te maken van de basis levensgewoonten.
But than again: 'Oops, I forgot to have coffee today...' said NO ONE EVER

Adios
Xanthe & Arne

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Nieuw Zeeland, Twizel

Mijn eerste reis

Recente Reisverslagen:

28 April 2016

Het laatste woord.

11 April 2016

Gado Gado op Indonesische wijze

21 Maart 2016

Altijd een laatste woord.

11 Maart 2016

Hoge bergen, schitterende dalen.

24 Februari 2016

Monsters & Co

Actief sinds 30 Dec. 2015
Verslag gelezen: 194
Totaal aantal bezoekers 3159

Voorgaande reizen:

30 December 2015 - 31 December 2015

Mijn eerste reis

Landen bezocht: